Het einde van het jaar : het moment om lijstjes te maken.
Ik zoek er eentje van de snelste passagiersschepen.
De Blauwe wimpel is een onderscheiding die passagiersschepen krijgen als ze een nieuw snelheidsrecord vestigen bij het oversteken van de Atlantische oceaan. Als meetpunten worden gebruikt : "Ambrose lightship" voor de kust van NY en Bishop Rock in zuidwest Engeland. Een schip kan een record vestigen op zowel de westelijke als de oostelijke oversteek of op beide.
In de tijd van de grote oceaanstomers was de Blauwe wimpel van groot belang voor de trans-Atlantische scheepvaartmaatschappijen. Het in handen hebben van de Blauwe wimpel werkte namelijk enorm prestige verhogend voor zowel de rederij als de natie. De concurrentie ging vooral tussen Groot-Brittannië, Duitsland en later Frankrijk.
Schepen met de titel "snelste schip" waren altijd volgeboekt.
De ontwikkeling van de bouw van de schepen werd gestimuleerd. Om steeds sneller en grotere schepen te bouwen werden steeds modernere technologie toegepast in de ontwerpen.
Het land waar de rederij gevestigd was, is steeds bereid om de verliezen de er gemaakt werden bij de bouw van de grote, dure schepen bij te passen. Op één voorwaarde : het desbetreffende schip zal bij een eventuele oorlog als troepentransportschip dienst doen.
Maar hoe snel waren de schepen dan wel? (van West naar Oost)
1833 : Royal William : 25 dagen
1876 : Britannic (White Star Line) : 7 dagen 12 uur en 41 min
1889 : City of Paris (Inman & International Line) 6 dagen 0 uur en 29 min
1907 : Mauretania ( Cunard Line) : 4 dagen 22 uur en 53 min
1929 : Bremen (Norddeutscher Lloyd) 4 dagen en 14 uur
1952 : United States (US Lines) : 3 dagen 10 uur en 40 min
City of Paris was ongelofelijk mooi en was gebouwd als een zeilschip met een prachtig overhangend voorsteven. Het had drie schoorstenen en drie masten. Het was de laatste poging om de sierlijke clippersteven-vorm vast te houden. Na dit schip worden de vormen rechter, hoger en vierkanter.
Het schip de Mauretania behoudt 22 jaar de titel. Het wonderlijke was dat het schip sneller ging varen toen het ouder werd. Bij dit schip was alles recht, vier dunne hoge achteroverhellende schoorstenen.
Het schip was 30.000 ton groot.
Bij het schip Bremen was de tijd van de stroomlijn aangebroken. Dit schip woog 50.000 ton.
Op de lijst vinden we geen schepen van de Red Star Line of de Holland Amerika Line. Zij doen het wat kalmer aan en leggen meer de nadruk op de goede verzorging, goed eten, rust, prettige omgeving.
Mijn opa die in 1910 met de SS Finland van de Red Star Line vertrok in Antwerpen kwam 13 dagen later aan in NY.
zaterdag 26 december 2015
vrijdag 11 december 2015
filmtip voor de Kerstvakantie
Zin in een reis van Iowa naar Wisconsin?
Kijk dan naar de mooie film over familiebanden The Straight Story van de regisseur David Lynch.
Deze roadmovie vertelt het verhaal van de 73 jarige Alvin Straight, een vriendelijke man die je zo zou willen als opa.
Alvin is gebrouilleerd met zijn broer Lyle en als hij hoort dat hij ziek is, besluit Alvin hem op te zoeken.
Onderweg ontmoet hij behulpzame mensen. Ze geven hem eten en onderdak.
Tegen een jong meisje dat van huis is weggelopen, vat hij mooi samen wat familie is. "Een twijgje breek je zo doormidden, maar bind je een heleboel twijgjes samen tot een bundeltje, dan kun je kracht zetten wat je wilt, breken doen ze niet. Die bundel, dat is familie."
Als dat geen mooie gedachte is om de Kerstperiode mee in te zetten.
Kijk dan naar de mooie film over familiebanden The Straight Story van de regisseur David Lynch.
Deze roadmovie vertelt het verhaal van de 73 jarige Alvin Straight, een vriendelijke man die je zo zou willen als opa.
Alvin is gebrouilleerd met zijn broer Lyle en als hij hoort dat hij ziek is, besluit Alvin hem op te zoeken.
Onderweg ontmoet hij behulpzame mensen. Ze geven hem eten en onderdak.
Tegen een jong meisje dat van huis is weggelopen, vat hij mooi samen wat familie is. "Een twijgje breek je zo doormidden, maar bind je een heleboel twijgjes samen tot een bundeltje, dan kun je kracht zetten wat je wilt, breken doen ze niet. Die bundel, dat is familie."
Als dat geen mooie gedachte is om de Kerstperiode mee in te zetten.
zaterdag 21 november 2015
kinderen van de Yzer (deel 2)
In november 1914 nam de Amerikaanse schrijfster Edith Warthon (1862 - 1937) die in Parijs verbleef, het initiatief om opvanghuizen voor vluchtelingen in te richten om zo honderden Belgische vluchtelingen die dagelijks Parijs binnenstroomden te kunnen opvangen.
Ze richtte op 2 mei 1915 The Children of Flanders Rescue Committee op.
Edith nam heel wat initiatieven om fondsen te werven oa door de verkoop van het boek "The Book of the Homeless" (1916)
Na de gasaanval van 22 april 1915 in Boezinge begint de evacuatie van schoolkinderen naar Frankrijk.
Op 17 mei 1915 vertrekt het eerste door de Belgische regering georganiseerde treinkonvooi vanuit Adinkerke naar Parijs. Op de trein zitten 159 meisjes en 143 jongens die worden begeleid door 9 zusters Annutiaten uit Veurne en 5 zusters Paulinen uit Zuidschote. De meisjes kregen een plaats in de schoolkolonie van de kinderen van Vlaanderen aan de Rue de Santé, de jongens in de schoolkolonies van de overheid te Garches en Champlan.
De kinderen wonen er, gaan er naar school, leren Engels, de meisjes leren kantklossen, de jongens tuinieren en timmeren.
The Children of Flanders Rescue Committee, ving ongeveer 800 kinderen van de Ijzer op in gebouwen in Parijs en de voorsteden.
Op de namenlijst van de kinderen vinden we verschillende kinderen met de familienaam Pype.
Irène Pype staat op de lijst van het eerste konvooi naar Parijs - Rue de Santé.
Het meisje is afkomstig van Beselare.
Albert en Gerard Pype staan op de lijst voor Champlan, dus ook het eerste konvooi richting Parijs. De jongens zijn eveneens afkomstig van Beselare.
Ze richtte op 2 mei 1915 The Children of Flanders Rescue Committee op.
Edith nam heel wat initiatieven om fondsen te werven oa door de verkoop van het boek "The Book of the Homeless" (1916)
Na de gasaanval van 22 april 1915 in Boezinge begint de evacuatie van schoolkinderen naar Frankrijk.
Op 17 mei 1915 vertrekt het eerste door de Belgische regering georganiseerde treinkonvooi vanuit Adinkerke naar Parijs. Op de trein zitten 159 meisjes en 143 jongens die worden begeleid door 9 zusters Annutiaten uit Veurne en 5 zusters Paulinen uit Zuidschote. De meisjes kregen een plaats in de schoolkolonie van de kinderen van Vlaanderen aan de Rue de Santé, de jongens in de schoolkolonies van de overheid te Garches en Champlan.
De kinderen wonen er, gaan er naar school, leren Engels, de meisjes leren kantklossen, de jongens tuinieren en timmeren.
The Children of Flanders Rescue Committee, ving ongeveer 800 kinderen van de Ijzer op in gebouwen in Parijs en de voorsteden.
Op de namenlijst van de kinderen vinden we verschillende kinderen met de familienaam Pype.
Irène Pype staat op de lijst van het eerste konvooi naar Parijs - Rue de Santé.
Het meisje is afkomstig van Beselare.
Albert en Gerard Pype staan op de lijst voor Champlan, dus ook het eerste konvooi richting Parijs. De jongens zijn eveneens afkomstig van Beselare.
woensdag 11 november 2015
Kinderen van de Yzer
Ik stel mijzelf vaak de vraag "Hoe komt het dat ik die opzoekingen doe?". Het is de vraag die Anne Provoost zich ook stelt als ze het verhaal over haar grootmoeder begint op te schrijven.
Haar antwoord op deze vraag is "Als ik het klein zie : doe ik het voor mijn kinderen". Dat is ook één van mijn beweegreden.
Anne werkt aan het boek "Kinderen van de Yzer". Het zal het verhaal vertellen van honderden kinderen, waaronder haar grootmoeder die tijdens de Eerste Wereldoorlog voor de gasaanvallen geëvacueerd werd naar een kostschool in Frankrijk.
Anne Provoost kun je beluisteren over dit boek via Cobra
Het verhaal kun je lezen op www.anneprovoost.be
Wil je meer te weten komen over deze kinderkolonies van de Eerste Wereldoorlog? Kijk en lees dit bij "de oorlogskantschool".
Haar antwoord op deze vraag is "Als ik het klein zie : doe ik het voor mijn kinderen". Dat is ook één van mijn beweegreden.
Anne werkt aan het boek "Kinderen van de Yzer". Het zal het verhaal vertellen van honderden kinderen, waaronder haar grootmoeder die tijdens de Eerste Wereldoorlog voor de gasaanvallen geëvacueerd werd naar een kostschool in Frankrijk.
Anne Provoost kun je beluisteren over dit boek via Cobra
Het verhaal kun je lezen op www.anneprovoost.be
Wil je meer te weten komen over deze kinderkolonies van de Eerste Wereldoorlog? Kijk en lees dit bij "de oorlogskantschool".
woensdag 21 oktober 2015
This land is my land. This land is your land.
Heel wat Belgen begonnen een nieuw leven op de tabaksplantages in Canada. Kunstenaar Pieter Geenen reisde de geschiedenis achterna en keerde terug met een reeks werken rondom migratie en identiteit.
Hij doorploegde het thema gedurende een drietal jaar.. Hij verklaart de geschiedenis met heel veel beelden : een film, een documentaire, brieven, zeefdrukken van oude landkaarten,...
Pieter houdt van grensstreken.
De tentoonstelling loopt bij Argos, Werfstraat 13, 1000 Brussel nog tot 20 december 2015
Hij doorploegde het thema gedurende een drietal jaar.. Hij verklaart de geschiedenis met heel veel beelden : een film, een documentaire, brieven, zeefdrukken van oude landkaarten,...
Pieter houdt van grensstreken.
Pieter Geenen |
De tentoonstelling loopt bij Argos, Werfstraat 13, 1000 Brussel nog tot 20 december 2015
vrijdag 16 oktober 2015
Mette
Het 150ste boek van Marc De Bel is "Mette". Het verhaal van een 16 jarig meisje dat met haar vader en broer naar Amerika vertrekt uit het arme Vlaanderen. De overzet naar het Beloofde Land is met de SS Kroonland van 14 april 1920.
Het verhaal is van begin tot einde spannend en leest als een trein.
Het boek is rijk geïllustreerd met mooie foto's, prentkaarten,...
Toch bleef ik wat op mijn honger zitten omdat Mette niet naar Moline kan en dat het verhaal zich vooral afspeelt in Little Italy, het deel van New York waar vele Italianen wonen.
Het waarom, hoe, ... moet je zelf ontdekken in het boek. Veel leesplezier.
Het verhaal is van begin tot einde spannend en leest als een trein.
Het boek is rijk geïllustreerd met mooie foto's, prentkaarten,...
Toch bleef ik wat op mijn honger zitten omdat Mette niet naar Moline kan en dat het verhaal zich vooral afspeelt in Little Italy, het deel van New York waar vele Italianen wonen.
Het waarom, hoe, ... moet je zelf ontdekken in het boek. Veel leesplezier.
vrijdag 14 augustus 2015
Bruneel Arthur, dooppeter van Pype Cyril
Arthur Brurell staat er geschreven op het afschrift van de doopakte van mijn vader, Cyril Pype. Wie noemt er nu Brurell! Gezien de kans groot is dat het om een Vlaamse naam gaat, probeerden we alle mogelijke versies van deze naam op de site van FamilySearch. En jawel, we vinden een Arthur Bruneel. Dit is de fiche waarmee we van start gingen.
Eind 1921 vertrekken mijn grootouders met hun 8 maand oude zoon terug naar Europa. Of Cyril ooit zijn dooppeter heeft gekend of gezien, weet ik niet. We vinden in ieder geval geen gegevens terug dat Arthur nog naar België terug is gekomen.
betrokkene
Arthur zou afkomstig zijn van Pittem en is gehuwd. De aankomstdatum in NY is 4 mei 1909 met de SS Zeeland van de Red Star Line. Op het eigenlijke manifest lezen we verder : Zij vrouw heet Emma en er wordt verwezen naar een kind dat op de 9de pagina zou staan. Tussen allemaal vreemde namen vinden we Celina Bruneel, 4 maand oud is ze.
Hoe mag dat zo gekomen zijn dat een baby niet samen met zijn ouders wordt aangemeld op Ellis Island?
Hoe mag dat zo gekomen zijn dat een baby niet samen met zijn ouders wordt aangemeld op Ellis Island?
Het manifest vertelt ons verder dat Arthur al vroeger in de VS is geweest, nl van 1905. We komen te weten dat hij in 1905 naar Canada is getrokken . Het zou de stad Wallaceburg zijn geweest.
Arthur was al eerder in de VS. We vinden de bevestiging bij de gegevens over zijn huwelijk met Emma in Mt Clemens van 7 januari 1908. Emma heeft als familienaam Deneweth en is afkomstig van Zwevezele, België. Hun dochter Celina is geboren in Zwevezele, België op 24 december 1908.
De eindbestemming van Arthur, Emma en Celina in 1909 is Mt Clemens, Michigan, VS (home) Walnut 268.
Via een ander document, nl de Border Crossing tussen Canada en de VS, Port Huron, MI van 24 augustus 1916 zien we bovenstaande gegevens bevestigd.
Op de volledige lijst van deze bording kaarten van dezelfde dag, staan vele Belgische namen. Ze geven als verblijfplaats Detroit of Mt Clemens op. De eindbestemmingen in Canda zijn verschillend.
Op de documenten van Arthur staat de stad Drumbo en Torndale vermeld in Canada.
Gingen de Belgen voor een korte periode werken in Canada? In het boek van "Goudgele Virginia" lees ik dat er een tekort was aan bietenarbeiders voor de suikerfabrieken in Canada. Vooral het jaar 1916 was er een hele grote vraag naar goede
arbeidskrachten...De Belgen waren gekend als degelijke bietenarbeiders. Er worden spec. treinen ingelegd om de Vlamingen uit Detroit en ook uit de staten Illinois en Indiana naar Canada te brengen. In mei naar de "kleine bieten" en in oktober naar de bietenoogst.
Op de documenten van Arthur staat de stad Drumbo en Torndale vermeld in Canada.
Gingen de Belgen voor een korte periode werken in Canada? In het boek van "Goudgele Virginia" lees ik dat er een tekort was aan bietenarbeiders voor de suikerfabrieken in Canada. Vooral het jaar 1916 was er een hele grote vraag naar goede
arbeidskrachten...De Belgen waren gekend als degelijke bietenarbeiders. Er worden spec. treinen ingelegd om de Vlamingen uit Detroit en ook uit de staten Illinois en Indiana naar Canada te brengen. In mei naar de "kleine bieten" en in oktober naar de bietenoogst.
Border Crossing card : 1916 Port Huron |
Eén van de Belgen op de lijst van Port Huron komt mij ook bekend voor. Het is de latere getuige van mijn grootouders bij hun vertrek uit de VS, nl. Corneillie Eugeen.
Tussen Arthur Bruneel en mijn grootouders vind ik (voorlopig) één link nl. ze woonden in dezelfde straat in het kleine stadje Mt Clemens. Mijn grootouders op nr 227 en Arthur en zijn gezin op nr 268.
Eind 1921 vertrekken mijn grootouders met hun 8 maand oude zoon terug naar Europa. Of Cyril ooit zijn dooppeter heeft gekend of gezien, weet ik niet. We vinden in ieder geval geen gegevens terug dat Arthur nog naar België terug is gekomen.
+++
Stamboom Bruneel
ouders van Arthur Bruneel
Augustus Bruneel ° Ardooie, 8 augustus 1842 en gehuwd te Wingene op 25 april 1877 met Sylvie Coels ° Oedelem 26 september 1857.(Sylvia Koltz staat er geschreven op de huwelijkspapieren van Arthur in Mt Clemens)
ouders van Emma Deneweth
Edward Deneweth ° Wingene, 28 maart 1850 gehuwd te Wingene op 8 november 1876 met Julia Maes (Morse) ° Wingene 3 september 1845, +Zwevezele, 6 maart 1916. Edward was een werkman en Julia een kantwerkster.
betrokkene
Arthur Bruneel ° Rinxent, Frankrijk op 3 juli 1883 + Wayne, Detroit, VS op 5 augustus 1942
gehuwd te Mt Clemens, Macomb, MI, VS op 7 januari 1908 met
Emma Deneweth °Zwevezele, België op 19 november 1878 + Grayling, VS op 5 mei 1951
kinderen van Arthur en Emma
Celina Bruneel ° Pittem, België op 24 december 1908 + Mt Clemens, VS 23 februari 1949
Rosa Bruneel °Mt Clemens, Macomb, MI, VS in 1914 + Mt Clemens, Macomb, MI,VS 23 oktober 1914
kleinkinderen van Arthur en Emma
dochter van Celina Bruneel en Cleveland (gescheiden) : Emma ° NY, VS 1934
Met dank aan Roger Deneweth die mij extra gegevens bezorgde ivm de stamboom Bruneel
dinsdag 4 augustus 2015
Cyril Amiel Pype, geboortegegevens
Op 18 maart 1921 om 5 p.m. werd Cyril Amiel Pype geboren, eerste zoon van Julius Pype en Marie Vanderfere. (Vanderiviere) Jules was 33 jaar, Marie 29 jaar. Bij Jules staat op de geboorteakte dat hij arbeider is.
Cyril werd geboren in Mt Clemens, 223 Court Street.
Op 20 maart onderzocht dokter F.K. Lensfestey het kind in N. Walnutstreet 54 te Mt Clemens.
Dit geboorteattest hebben we bekomen via de rechtbank van Ieper. Bij het huwelijk van mijn ouders moesten ze een geboorteakte kunnen voorleggen en werd dit document opgevraagd in Mt Clemens en overgemaakt aan de burgerlijke stand van Staden.
Mt Clemens heeft een rijke en kleurrijke geschiedenis rond de ontdekking van mineraalwater putten door Dorr Kellogg ontdekt in 1870. Rond de eeuwwisseling was Mt Clemens vol met badhuizen en fijne hotels. Mensen kwamen uit alle hoeken van de wereld om de gezondheidsbevorderende baden. Mt Clemens stond bekend als "Bath City of America". De bad-industrie floreerde tot in de late jaren 1920. Bij de Grote Depressie sloten de meeste van de grote hotels en baden. De laatste badhuis dat in gebruik was, de Arethusa, werd gesloten in 1974.
Cyril werd geboren in Mt Clemens, 223 Court Street.
Op 20 maart onderzocht dokter F.K. Lensfestey het kind in N. Walnutstreet 54 te Mt Clemens.
Dit geboorteattest hebben we bekomen via de rechtbank van Ieper. Bij het huwelijk van mijn ouders moesten ze een geboorteakte kunnen voorleggen en werd dit document opgevraagd in Mt Clemens en overgemaakt aan de burgerlijke stand van Staden.
Mt Clemens heeft een rijke en kleurrijke geschiedenis rond de ontdekking van mineraalwater putten door Dorr Kellogg ontdekt in 1870. Rond de eeuwwisseling was Mt Clemens vol met badhuizen en fijne hotels. Mensen kwamen uit alle hoeken van de wereld om de gezondheidsbevorderende baden. Mt Clemens stond bekend als "Bath City of America". De bad-industrie floreerde tot in de late jaren 1920. Bij de Grote Depressie sloten de meeste van de grote hotels en baden. De laatste badhuis dat in gebruik was, de Arethusa, werd gesloten in 1974.
Cyril Amiel Pype, doopgegevens
Cyril werd geboren in Mt Clemens, MI, Amerika. Dat hij er ook gedoopt werd, is zeker. Alleen weten we niet waar en wie de dooppeter en -meter waren. Na veel zoeken weten we zeker dat hij werd gedoopt in de St Peter Church in Mt Clemens. Verschillende mails werden verstuurd naar de pastoor en medewerkers van de kerk echter zonder resultaat. Hulp kwam eruit onverwachte hoek. In oktober van 2014 was ik op een beurs van familiegeschiedenis afdeling Roeselare. Ik sprak er met een deelnemer van de beurs en vertelde mijn moeizame zoektocht... Hij zei dat ik alle informatie die ik had kon aan hem overmaken en dat hij in mei van 2015 oa naar Mt Clemens op reis ging en dat hij een poging ging ondernemen om een doopakte te bekomen. En jawel in juni 2015 stond deze voor mijn verder onbekende man aan mijn deur met de doopakte van mijn vader.
Het was een afschrift van de doopakte. Hij mocht geen copie of foto nemen van het origineel.
Op het afschrift lezen we terug de naam van het kind, de vader en de moeder. De familienaam van mijn grootmoeder, Marie Vanderiviere staat geschreven als Vanderfere zoals ook vermeld op de geboorteakte.
De dooppriester is paster Luby.
De doop had plaats in de St. Peter Church op 3 april 1921. De kerk is gelegen op enkele minuten stappen van de woonst van mijn grootouders, nl. New Street.
Verder lezen we de namen van de dooppeter : Arthur Brurrell en doopmeter : Celina De Clove. Waarschijnlijk is dit Bruneel.
Met dank aan Arnold Preneel voor het opzoeken en vinden van de doopakte van mijn vader.
Het was een afschrift van de doopakte. Hij mocht geen copie of foto nemen van het origineel.
Op het afschrift lezen we terug de naam van het kind, de vader en de moeder. De familienaam van mijn grootmoeder, Marie Vanderiviere staat geschreven als Vanderfere zoals ook vermeld op de geboorteakte.
De dooppriester is paster Luby.
Pastoor Luby |
De doop had plaats in de St. Peter Church op 3 april 1921. De kerk is gelegen op enkele minuten stappen van de woonst van mijn grootouders, nl. New Street.
Verder lezen we de namen van de dooppeter : Arthur Brurrell en doopmeter : Celina De Clove. Waarschijnlijk is dit Bruneel.
Met dank aan Arnold Preneel voor het opzoeken en vinden van de doopakte van mijn vader.
Pliny's Sorrow
We waren de afgelopen maand enkele dagen in Antwerpen.
Neen, het Red Star Line museum hebben we niet bezocht. Ondertussen kennen we de verhalen, de film door en door. We hebben wel een rondvaart gedaan in de haven van Antwerpen en zijn tot op de Rijnkaai gewandeld. Op het nieuwe plein aan de Rijnkaai (tegenover het musuem) staat nu het indrukwekkende bronzen beeld van de in Parijs levende Vlaamse kunstenaar Johan Creten.
Pliny's Sorrow staat op de plaats waar duizenden landverhuizers inscheepten op een reis naar een beter leven.
Persoonlijk vinden wij het beeld niet zo samengaand met het vertrek van de landverhuizers. Geef ons maar het beeld aan het begin van de Rijnkaai. Onopvallend staat op het kruispunt voor het museum De Landverhuizer, een levensgroot bronzen beeld van Carla Kamphuis - Meijer naar een schilderij van Eugeen Van Mieghem.
Neen, het Red Star Line museum hebben we niet bezocht. Ondertussen kennen we de verhalen, de film door en door. We hebben wel een rondvaart gedaan in de haven van Antwerpen en zijn tot op de Rijnkaai gewandeld. Op het nieuwe plein aan de Rijnkaai (tegenover het musuem) staat nu het indrukwekkende bronzen beeld van de in Parijs levende Vlaamse kunstenaar Johan Creten.
foto : Redstarlinezoeker |
Pliny's Sorrow staat op de plaats waar duizenden landverhuizers inscheepten op een reis naar een beter leven.
Persoonlijk vinden wij het beeld niet zo samengaand met het vertrek van de landverhuizers. Geef ons maar het beeld aan het begin van de Rijnkaai. Onopvallend staat op het kruispunt voor het museum De Landverhuizer, een levensgroot bronzen beeld van Carla Kamphuis - Meijer naar een schilderij van Eugeen Van Mieghem.
foto : Redstarlinezoeker |
zondag 21 juni 2015
The Song of Hiawatha
Dit boek zag ik liggen bij de boekenverkoop van de bib. Toen de verkoop startte voor het publiek was het boek helaas al weg. Nu is het wachten tot ze het tweede exemplaar opvissen uit het magazijn.
"The Song of Hiawatha" kan je beluisteren op Youtube.
Wat heeft Guido Gezelle te maken met "The Song of Hiawatha"?
In 1855 publiceerde Henry Longfellow (VS) het Indianenepos.
Dit heldendicht kende al snel een enorm succes. Hiawatha is het hoofdpersonage van The Song. De Amerikaanse auteur Henry W. Longfellow wilde de indianen voorstellen als de dragers van de oorspronkelijke Amerikaanse cultuur en zo meer respect voor hen vragen. Hij stelt "zijn" Hiawatha samen met elementen uit verschillende Indianenculturen.
Het Lied van Hiawatha is gebaseerd op de legenden en verhalen van vele Noord-Amerikaanse indianenstammen, maar vooral die van de Ojibway Indianen in het noorden van Michigan, Wisconsin en Minnesota. Longfellow begon aan The Song of Hiawatha op 25 juni 1854 en voltooide de epos op 29 maart 1855.
Guido Gezelle, toen leraar in Roeselare, hanteerde vrijwel meteen dit werk in zijn Engelse lessen. Na zijn overplaatsing naar Kortrijk bracht Gezelle zijn eigen Vlaamse versie van het epos uit.
Alles over Gezelle en de indianen en nog zoveel meer kan je lezen bij het Guido Gezellearchief.
woensdag 3 juni 2015
Cordula Huyghe
Deze foto kreeg ik van een familielid van de kant van mijn moeder. Op de keerzijde stond geschreven "tante Cordula Huyghe/ Amerika, dochter van Frederic en Maria Theresia Blomme".
Los van het feit dat ik Cordula wel een mooie, bijzondere naam vind, wil ik een stukje van haar leven gaan opzoeken aan de hand van documenten.
Op stamboomzoeker.nl vind ik dat Cordula geboren is op 25 febr. 1878 in Staden. Ze heeft 8 zussen en 1 broer.
Cordula is volgens deze stamboom gehuwd met Victor Vandeputte (° Westrozebeke, 1873) op 2 november 1898 te Staden.
Als ik de namen van de ouders van Victor Vandeputte lees, stel ik vast dat zijn moeder Maria Ludovica Pype familie is van de kant van mijn vader.
Op Ellis Island vind ik Victor Vandeputte terug in het jaar 1907. Hij vertrekt vanuit Liverpool met de SS Carmania naar NY. Zijn laatste adres is zijn moeder Louise Vandeputte in Hooglede. Als eindbestemming lezen we Moline, 1706 street bij zijn vriend Henri Cornette. Hij komt aan op Ellis Island op 30 oktober 1907.
In België werd in 1906 het eerste kind geboren van Cordula en Victor : Martha Huyghe.
Cordula zal haar man achterna gaan in het jaar 1908. Zij vertrekt vanuit Antwerpen met de SS Finland van de Red Star Line. Martha is dan 3 jaar. Cordula is 30 jaar. Haar eindbestemming is haar man in Moline. Haar laatste verblijfplaats in België is bij haar vader Frederic Huyghe (° Oostnieuwkerke,20 sept. 1840)te Staden. Haar moeder is Maria Blomme (°Oostnieuwkerke, 9 aug. 1840).
Victor Vandeputte vinden we verder niet meer terug in documenten, Cordula wel. In de kiezerslijst van 1910 staat ze onder haar eigen naam Cordiela Hugghe, 31 jaar, gehuwd en moeder van Martha Huyghe, Marcella en Leona (Lia) Huyghe. De twee dochters zijn geboren in 1910. Op hetzelfde adres staat Jules Verraecke (Vervaecke) als huurder opgegeven. Het adres is Ward 5, Moline, Rock Island, Ill.
In 1913 vinden we een document waaruit blijkt dat Cordula gehuwd is met Jules Vervaecke op 6 juni 1913 in Scott, Iowa, VS.
In 1915 wordt hun eerste dochter geboren Elza (Elsie) en in 1918 hun tweede dochter Jeanne. Beide staan vermeld als geboren in België.
Wanneer het koppel precies naar België is vertrokken kunnen we niet achterhalen. Op de site van Ellis Island zien we dat Cordulla met de kinderen terug naar de VS gaat en als bestemming echtgenoot Vervaecke in Marengo, Iowa opgeeft. In Marengo woont ook Omer Colaert en dat is de zoon van haar tante Maria Leontine Huyghe en oom Cyriel Colaert.
De passagierslijst is van de SS Lapland die vertrokken is uit Antwerpen. Ze komen in NY aan op 27 maart 1921. Voor Elza en Jeanne is het de eerste maal dat ze in de VS zijn. Ze worden er evenwel opgenomen in het hospitaal van Ellis Island. De periode is onleesbaar. Er staat bij Cordula geschreven dat ze van 1909 tot ... (?) verbleven heeft in Moline.
Cordula is met haar kinderen van bij haar vader Frederic Huyghe uit Oostende vertrokken.
Op de kieslijst van 1919 lazen we dat de tweeling 2 meisjes waren, op de lijst van Ellis Island gaat het om Marcel en Lia. We kunnen besluiten dat het inderdaad om een jongen en een meisje gaat. Op Google vind ik een overlijdensbericht van Marcel (° 3 sept 1909, Moline en + 5 jan. 2000 Deverport, Iowa).
Voorlopig vind ik nog een laatste spoor van Cordula in 1928. Ze krijgt nl op 17 sept. in Wisconsin de Amerkaanse Nationaliteit.
Deze info heb ik kunnen verzamelen met de hulp van de West-Vlaamse Yahoogroep en The Belgian Researchers (Regine Brindle).
Los van het feit dat ik Cordula wel een mooie, bijzondere naam vind, wil ik een stukje van haar leven gaan opzoeken aan de hand van documenten.
Op stamboomzoeker.nl vind ik dat Cordula geboren is op 25 febr. 1878 in Staden. Ze heeft 8 zussen en 1 broer.
Cordula is volgens deze stamboom gehuwd met Victor Vandeputte (° Westrozebeke, 1873) op 2 november 1898 te Staden.
Als ik de namen van de ouders van Victor Vandeputte lees, stel ik vast dat zijn moeder Maria Ludovica Pype familie is van de kant van mijn vader.
foto : Redstarlinezoeker |
Op Ellis Island vind ik Victor Vandeputte terug in het jaar 1907. Hij vertrekt vanuit Liverpool met de SS Carmania naar NY. Zijn laatste adres is zijn moeder Louise Vandeputte in Hooglede. Als eindbestemming lezen we Moline, 1706 street bij zijn vriend Henri Cornette. Hij komt aan op Ellis Island op 30 oktober 1907.
In België werd in 1906 het eerste kind geboren van Cordula en Victor : Martha Huyghe.
Cordula zal haar man achterna gaan in het jaar 1908. Zij vertrekt vanuit Antwerpen met de SS Finland van de Red Star Line. Martha is dan 3 jaar. Cordula is 30 jaar. Haar eindbestemming is haar man in Moline. Haar laatste verblijfplaats in België is bij haar vader Frederic Huyghe (° Oostnieuwkerke,20 sept. 1840)te Staden. Haar moeder is Maria Blomme (°Oostnieuwkerke, 9 aug. 1840).
Victor Vandeputte vinden we verder niet meer terug in documenten, Cordula wel. In de kiezerslijst van 1910 staat ze onder haar eigen naam Cordiela Hugghe, 31 jaar, gehuwd en moeder van Martha Huyghe, Marcella en Leona (Lia) Huyghe. De twee dochters zijn geboren in 1910. Op hetzelfde adres staat Jules Verraecke (Vervaecke) als huurder opgegeven. Het adres is Ward 5, Moline, Rock Island, Ill.
In 1913 vinden we een document waaruit blijkt dat Cordula gehuwd is met Jules Vervaecke op 6 juni 1913 in Scott, Iowa, VS.
In 1915 wordt hun eerste dochter geboren Elza (Elsie) en in 1918 hun tweede dochter Jeanne. Beide staan vermeld als geboren in België.
Wanneer het koppel precies naar België is vertrokken kunnen we niet achterhalen. Op de site van Ellis Island zien we dat Cordulla met de kinderen terug naar de VS gaat en als bestemming echtgenoot Vervaecke in Marengo, Iowa opgeeft. In Marengo woont ook Omer Colaert en dat is de zoon van haar tante Maria Leontine Huyghe en oom Cyriel Colaert.
De passagierslijst is van de SS Lapland die vertrokken is uit Antwerpen. Ze komen in NY aan op 27 maart 1921. Voor Elza en Jeanne is het de eerste maal dat ze in de VS zijn. Ze worden er evenwel opgenomen in het hospitaal van Ellis Island. De periode is onleesbaar. Er staat bij Cordula geschreven dat ze van 1909 tot ... (?) verbleven heeft in Moline.
Cordula is met haar kinderen van bij haar vader Frederic Huyghe uit Oostende vertrokken.
Op de kieslijst van 1919 lazen we dat de tweeling 2 meisjes waren, op de lijst van Ellis Island gaat het om Marcel en Lia. We kunnen besluiten dat het inderdaad om een jongen en een meisje gaat. Op Google vind ik een overlijdensbericht van Marcel (° 3 sept 1909, Moline en + 5 jan. 2000 Deverport, Iowa).
Voorlopig vind ik nog een laatste spoor van Cordula in 1928. Ze krijgt nl op 17 sept. in Wisconsin de Amerkaanse Nationaliteit.
Deze info heb ik kunnen verzamelen met de hulp van de West-Vlaamse Yahoogroep en The Belgian Researchers (Regine Brindle).
zaterdag 30 mei 2015
Colaert Omer
Omer (° Staden, 1 april 1894 - Iowa, april 1975) werd geboren in een gezin met 8 kinderen. Hij was de 2de oudste. Zijn vader heette Cyriel Colaert ( ° Staden, 8 oktober 1869 - + Staden, 27 juni 1953) en hij was pluimveeverkoper. Hij huwde met Maria Leontine Huyghe (° 1870 ).
Omer vertrok zoals zoveel andere mannen uit Staden en omgeving naar Amerika om zijn geluk te zoeken. Hij was slechts 19 jaar toen hij vanuit Antwerpen met de SS Zeeland België verliet. Hij kwam aan in NY op 15 april 1913.
Op de passagierslijst vinden we volgende namen terug
- Samaine (Samyn) Albric, 18 jaar uit Hooglede
- Vannicemvenknysp (Vannieuwenhuyse) Stephaan, 34 jaar uit Staden
- Crombez Charles, 24 jaar uit Staden
- Sabbe Oscar uit Staden
- Misplon octaaf, 18 jaar uit Hooglede
- Werbrouck Oscar, 22 jaar uit Staden
- Muylle Arthur, 26 jaar uit Staden
- Crombez Julian, 19 jaar uit Staden
- en Beaumont Henri, 26 jaar uit Staden
- Vannicemvenknysp (Vannieuwenhuyse) Stephaan, 34 jaar uit Staden
- Crombez Charles, 24 jaar uit Staden
- Sabbe Oscar uit Staden
- Misplon octaaf, 18 jaar uit Hooglede
- Werbrouck Oscar, 22 jaar uit Staden
- Muylle Arthur, 26 jaar uit Staden
- Crombez Julian, 19 jaar uit Staden
- en Beaumont Henri, 26 jaar uit Staden
Als eindbestemming hebben ze allemaal een familielid of vriend in Detroit opgegeven.
Omer verklaart op Ellis Island dat hij komt van bij zijn vader Cyriel en dat hij gaat naar een vriend Ernest Baetens in Detroit.
Op zijn WO I kaart woont hij in de staat Iowa. We vonden een foto met op de keerzijde gescheven 1918 Colaert Omer - Amerikaanse soldaat. De foto is waarschijnlijk genomen in Staden.
Hij heeft in het kleine dorp Marengo een paardenfokkerij.
Omer zal rond 1920 terug naar Staden komen om er te huwen met Emma Maria Mandeville (° Staden, 9 september 1892- Iowa, 1934).
Hij stuurde elk jaar een mooi kostum en schoenen naar zijn vader maar terug naar het Oude Land komt hij evenwel niet.
Op zijn WO I kaart woont hij in de staat Iowa. We vonden een foto met op de keerzijde gescheven 1918 Colaert Omer - Amerikaanse soldaat. De foto is waarschijnlijk genomen in Staden.
Colaert Omer en zus Pauline (geknipte foto) |
Hij heeft in het kleine dorp Marengo een paardenfokkerij.
Foto Redstarlinezoeker : Colaert Omer 1919, Marengo, Iowa |
Omer zal rond 1920 terug naar Staden komen om er te huwen met Emma Maria Mandeville (° Staden, 9 september 1892- Iowa, 1934).
foto Redstarlinezoeker : Colaert Omer en vrouw - Marengo Iowa |
Hij stuurde elk jaar een mooi kostum en schoenen naar zijn vader maar terug naar het Oude Land komt hij evenwel niet.
foto Redstarlinezoeker Colaert Omer 1965 |
+++
Ik wilde weten wie die Ernest Baetens is in Detroit. We vinden een link via de vrouw van Ernest, Emma. Emma heette bij haar geboorte Debaere en is afkomstig van Staden.
dinsdag 26 mei 2015
Ellis Island
De fotograaf Stephen Wilkes ( b. 1957) werkte een project uit over het hospitaal op Ellis Island. Hij nam foto's van het totaal verwaarloosde hospitaal op Ellis Island. Hij werkte aan dit project van 1998 tot 2003.
I truly felt that it wasn’t I who took a lot of these pictures. They were given to me. (S. Wilkes)
Op de site van de fotograaf staan enkele mooie opnames.
Twee kinderen van Achiel Pype werden verwezen naar het hospitaal staat er geschreven op de passagierslijst.
Wil je de film "Forgotten Ellis Island" bekijken, klik hier.
zaterdag 9 mei 2015
Emiel Antonius Laleman
Emiel is de zoon van Felix Laleman ( ° Zarren, 10 juli 1849 - + Zarren 7 mei 1917) en Maria Deygers (°Lichtervelde, 15 maart 1855 - + Granville, Wisconsin, 3 mei 1925 ). Ze wonen in Zarren.
Felix Laleman |
Felix is paardengeleider en Maria is klakkenmaakster, lezen we in hun huwelijksakte van 30 augustus 1878. De ouders van Maria houden een herberg open in Zarren. Felix en Maria zullen 11 kinderen krijgen. Twee zonen sterven als kind.
- Camillus Theophilus Laleman 1879-1958
- Herminia Florentina Maria Laleman 1880-1957
- Cirillus Laleman 1882-1928
- Emilius Laleman 1884-1886
- Hector Leo Laleman 1886-1935
- Irma Maria Laleman 1887-1981
- Bertina Paula Susanna Laleman 1889-1970
- Camilla Maria Laleman 1891-1985
- Malvina Maria Laleman 1894-1977
- Emilius Antonius Laleman 1896-1916
- Paulus Ludovicus Laleman 1898-1899
Met uitzondering van de vader Felix en de zoon Emilius Antonius Laleman vertrekken alle gezinsleden naar de VS.
Het vertrek van de zoon Cirile Laleman kon je al eerder op deze blog lezen. Na hem zullen nog twee broers immigreren. Camillus in 1905 en Hector in 1907.
De vierde zoon Emilius blijft bij zijn ouders en zussen in Zarren. Hij zal op 29 juli 1915 opgeroepen worden om te vechten aan het front. Zij familie (zussen, moeder) zijn gevlucht naar De Panne en Brussel. Vader Felix blijft in Zarren op de boerderij.
Emiel krijgt zijn opleiding in Fecamp in Frankrijk van 29 juli 1915 tot en met 1 mei 1916. Van die periode zijn een paar brieven bewaard gebleven die hij schreef aan zijn zus Camilla die in Brussel verbleef.
Dit is de eerste brief die hij schreef vanuit Fecamp aan zijn zus Camilla
De vierde zoon Emilius blijft bij zijn ouders en zussen in Zarren. Hij zal op 29 juli 1915 opgeroepen worden om te vechten aan het front. Zij familie (zussen, moeder) zijn gevlucht naar De Panne en Brussel. Vader Felix blijft in Zarren op de boerderij.
Emiel, Irma en Malvina Laleman |
Emiel krijgt zijn opleiding in Fecamp in Frankrijk van 29 juli 1915 tot en met 1 mei 1916. Van die periode zijn een paar brieven bewaard gebleven die hij schreef aan zijn zus Camilla die in Brussel verbleef.
Dit is de eerste brief die hij schreef vanuit Fecamp aan zijn zus Camilla
Fecamp, 9 september 1915
Beminde zuster Camilla
Ik verhoop dat gij zo als ik nog altijd in volle gezondheid zijt. Ik heb hier een adres gevonden bij een der oversten en weet niet als mijn brief zal terecht komen.
Gelijk gij ziet ben ik in Fecamp. Wij zijn nu binnen gevraagd en den 30 juli heb ik mijn zusters verlaten om 6 uren s’morgens. Het was een droevigen dag voor mij en mijn zusters. Gij kunt wel denken en zo een en staat 9 maanden gevlucht zijn en binst zoo een vervelenden tijd. en met onze beminde zusters Herminie en Irma gaat het ook geheel goed. Ik weet hun adres niet en kan hun niet schrijven.
(pag 2)
Ik heb hier den 31 juli om 10 uren ‚avonds toe gekomen . Ik zal eens mijne reis uiteenleggen. Ik ben den 30 juli ten 8 uren s’morgens uit Veurne vertrokken met den trein. Ik en mijn vriend een Gentenaar een coiffeur hij was ook in de Panne als vluchteling Wij reden naar Calais. Het was 12 : 30 uur als wij daar toekwamen. Wij bleven daar tot 7 uren avonds. Wij reden dan naar Parijs. Het was dan 7 uren ‚s morgesn 31 juli als wij daar toekwamen. `wij moesten daar blijven tot 10 uren in de kazerne zoo dat wij maar weinig van Parijs gezien hebben. Van daar zijn wij naar hier vertrokken waar wij den zaterdag 31 juli om 10 uren s’avonds toe kwamen. Er zijn hier veel schone streken en schone bergen . Fecamp is ook schoon maar het is maar klein. èr zijn hier 19 companie's. Vercruysse is hier van Hector en Georges.
(pag 3)
en nog wat Zarenaars. Ik heb hier heel content maar ik denk dikwijls aan u alle en aan onze ouders bijzonderlijk. Gij heb zeker geen nieuws meer gehad van hun. Ik denk dat moeder zal sterven of gestorven is van verdriet. Ja, onze ouders maken waarschijnlijk veel verdriet in ons. `wij mochten nooit ons huis vertalen hebben maar nu is het te laat. Er is nu niets meer aan te doen. Ik denk ook veel aan mijns zusters die in de Panne zijn omdat ik weet hoe zij het daar stellen. (...)
(pag 4)
Liefste zuster ik zal eens mijn leven uiteenleggen.
's Morgens staan wij om 5 uren op. Wassen ons en om 5:30 uren drinken we koffie en eten we een half brood. Om 6 uren in den rang en ten 6:30 uren hebben we oefeningen tot 11 uren. Om 12 uren eten we soep, aardappelen, vlees en saus. Om 1:30 uren in den rang en van 2 uren tot 5 uren hebben we oefeningen. Om 5:30 uren aardappelen met vlees dat is het eten dat wij hebben en een dag zo dat nog niet te klagen hebben. Om 6 uren mogen wij uitgaan tot 9 uren en dan slapen. Des zondags mogen wij uitgaan. 's Morgens om naar de vroegmis te gaan (..)
Ik ben hier geheel gaarne en zou hier willen blijven voor den duur van den oorlog. Ik ben hier liever dan in de Panne.
(pag 6)
Ik heb al geschreven naar tante Irma en al nieuws gehad. Ze stellen het geheel goed. Ik heb ook al naar Amerika geschreven maar nog geen nieuws gekregen. Heb gij geen nieuws gehad van hun?
Liefste zuster veel nieuws weet ik niet maar verlangt van u een lange brief met veel nieuws op.
Een warme handdruk van uw broeder
Laleman Emiel
Centre d’ Instruction de la
1 Division d’armee Belge
2 Battalion
5 Compagnie
9e peloton
Fecamp
France
Toon aub deze brief aan Hermenie en Irma
Ik zal eens mijn portret laten maken en verzendenEmiel zal 9 maand en 4 dagen in het opleidingscentrum verblijven, lezen we in zijn militair dossier.
Vanaf 2 mei 1916 is hij aan het front. Op 15 juni 1916 schrijft hij een laatste brief aan zijn zussen in De Panne.
Emiel zal tijdens een zwaar gevecht sneuvelen op 15 juli 1916.
Emiel ligt begraven op de Belgische begraafplaats in Steenkerke.
zaterdag 28 maart 2015
Degraeve Victor
Op facebook werd deze foto gepost in Staden-Beeldbank.
"Ronde 1950 Sint Jansstraat, Voedingswinkel Maurice De Graeve en Madeleine Breyne.Maurice is geboren in East-Moline VS en Madeleine in Staden. Ze huwden op 16 oktober 1941 te Staden."
Dit waren voldoende gegevens om op zoek te gaan naar de ouders van Maurice en hun Amerikaans avontuur. We vinden de ouders terug in een stamboom op geneanet. Victor werd geboren in Werken op 22 januari 1880 en huwde op 17 augustus 1910 te Esen met Celina Decoene geboren in Esen op 31 januari 1888.
Op de site van Ellis Island zien we dat ze enkele maanden na hun huwelijk vertrokken zijn nl op 5 december komen ze aan in New York vanuit Antwerpen met de SS Lapland. Victor staat opgeschreven als "farmer" en Celina als "housewife". Ze gaan naar de broer van Celina, Achiel De Coene die in Moline woont.
Achiel is geïmmigreerd in 1903. Op de lijsten van Ellis Island vinden we hem terug in 1907. Hij is gehuwd en komt op 23 september 1907 aan met de SS Vaderland in New York vanuit Antwerpen.
Victor Degraeve en zijn vrouw Celina zullen niet in de VS blijven. We vinden hun paspoort terug waarop staat te lezen dat ze in de VS hebben verbleven van 1910 tot 1921. Victor heeft op 17 september 1918 de Amerikaanse nationaliteit gekregen in Rock Island. Het paspoort heeft de stempel 13 juni 1921 en is aangevraagd voor Victor, zijn vrouw en twee kinderen. Maurice van 9 jaar en een baby, Julius van 4 weken.
Op het document kun je ook lezen met welke boot ze vertrokken zijn uit welke haven en op welke datum. Bij Victor lezen we : RMS Aquitania, 5 juli 1921, NY.
Naast de standaard info die op een paspoort vermeld staat, staat er op de tweede pagina altijd een getuige. Deze moet verklaren de mensen te kennen die een paspoort aanvragen en op eer zeggen dat het om de juiste personen gaat.
Op dit paspoort staat als getuige Florent Calbrecht, wonende in East Moline, Ill.
Florent is geboren in Sint-Niklaas op 27 juni 1879 en gehuwd met Cecile Vanderbassche (?) ook geboren in Sint-Niklaas op 26 november 1881. Florent immigreerde in 1913 met de SS Lapland vanuit Antwerpen. Als bestemming lezen we : vriend De Splenter F in Moline. Florent is bookkeeper. Cecile zal haar man achterna reizen met 4 kleine kinderen. Ze doet de overtocht vanuit Antwerpen met de SS Kroonland op 13 september 1913. Haar bestemming is zoals we konden voorspellen haar man Florent.
Van Cecile vinden we een paspoort om de VS te verlaten in 1921. Ze wil haar zieke moeder bezoeken. Op 22 oktober 1921 komt ze terug aan in de New York met de SS Lapland.
Op dit paspoort staat terug een getuige, Charles Lobert. In de telling van 1930 vinden we Cecile terug met 6 kinderen en een man van 40 jaar, Victor J. Caln geboren in België. De man van Cecile is gestorven in Moline op 19 mei 1927. Mogelijks heeft Cecile een andere relatie....En zo kunnen we nog een tijdje doorgaan met zoeken : Wie is die Charles Lobert? Wie is Victor J. Caln? ....
Al deze mensen die we vonden, kennen elkaar. Ze zijn geboren in België. Reizen met de Red Star Line vanuit Antwerpen....Ze zochten hun geluk in de VS, Moline of kwamen terug naar België.
Abonneren op:
Posts (Atom)