zondag 17 september 2017

Alice Casier : febr 1918 - juli 1918


In de nota's van Maurice Casier lezen we dat de familie van Alice verhuisd is naar het centrum van Wondelegem nl. naar de Schoolstraat, de huidige Sint-Sebastiaansstraat. 

In het dagboek staat letterlijk "In het begin van 1918 kwam ook nonkel Theophiel bij zijn gezin. Tante Ermenie en nonkel Theophiel gingen met hun kinderen in een huis in het centrum van Wondelgem wonen. We bleven met 2 gezinnen op het kasteel."

Maurice heeft het verder over hun zoektocht naar eten, het feit dat de mannen gingen werken maar dat ze altijd ongezien moesten zijn voor de Duitsers, ..Hij vertelt evenwel niets over het drama dat zich voordoet bij Tante Stephanie. 




Via de stamboomgegevens van Edmond Crombez weten we dat Ida Casier, op 1 mei 1918 overlijdt te Wondelgem. Ze is 5 jaar.

foto Redstarlinezoeker (Watou kunstenfestival 2017)


Met veel omwegen hebben we de overlijdensakte kunnen ontvangen. 

Wat komen we te weten over dit triestig gebeuren via de akte?




Het jaar negentien honderd achttien, den tweeden mei om half elf ure voormiddag voor ons Joannes Lummerzheim, schepen, dienstdoende burgemeester ambtenaar van den burgerlijke stand van Wondelgem zijn verschenen : 
Odiel Casier, oud achttien jaren, arbeider, broeder der overledenen, en Louise Bogaert, oud zeven en veertig jaren, huishoudster, beiden wonende te Wondelgem, dewelke ons hebben verklaard dat gisteren om elf uren voormiddag alhier in de woning haren moeder, Meirestraat 34 is overleden Ida Justine Casier, geboren te Handzame den vijf en twintigsten september negentien honderd dertien wonende te Wondelgem, dochter van Cerile overleden te Handzame en van Stephanie Marie Dewilde, huishoudster wonende te Wondelgem ,vroeger te Handzame. Waarvan akte dadelijk opgesteld in het bijzijn der verschijners, na gedane voorlezing, door ons en de verschijners genaamtekend.
(handtekening van Odiel Casier, Louise Bogaert en Joannes Lummerzheim)


Odiel, broer van Ida kan schrijven en werkt als arbeider. Is hij opgeëist door de Duitsers of is hij kunnen ontsnappen? Werkt hij in een fabriek in Gent of omgeving?
De tweede getuige is Louise Bogaert, een huishoudster uit Wondelgem van 47 jaar.

Meirestraat 34 is het adres van de moeder en dat is niet het adres van het kasteel Lummerzheim of toch? Heeft Stephanie in loop van 1918 het kasteel verlaten? Is weinig waarschijnlijk omdat ze in de nota's van Maurice werd vermeld als wonende in het kasteel...
Anderzijds is de Meirestraat de oude benaming voor de Zeeschipstraat en dat is dan weer de straat waar het kasteel gelegen was.... 


Popp kaart 

Hoogstwaarschijnlijk is de kleine Ida overleden ten gevolge van de Spaanse griep. Veel jonge mensen zijn tijdens en na de Grote Oorlog overleden aan de griep. 


zie overlijdens in 1918, bijgehouden door de pastoor van Wondelgem  (bron : rijksarchief)




Tot op vandaag heb ik niet kunnen achterhalen wie Mevr. Louise Bogaert is. 
Zou deze Louise familie zijn of ook een vluchtelinge of de man van de hoevenier van het kasteel? 



woensdag 13 september 2017

Alice Casier : december 1917- januari 1918

In het begin van de oorlog werden de burgers  gerust gelaten. De Duitsers namen wel maatregelen die soms erg streng waren zoals het niet mogen samenscholen en iedereen moet voor 21 uur binnen zijn. De meeste Belgische mannen hadden geen werk meer omdat de Duitsers de fabrieken aansloegen en werkten met eigen volk (=soldaten). Dat was ook zo in Gent. Dat wilde zeggen dat er veel armoede was.

Honger

In Wondelgem waren we afhankelijk van de voedselcomité's
We mochten elke dag met een bewijs van vluchteling naar het comité gaan achter een kom soep per gezin. Soep met zwarte bonen. Eén maal per week kregen we een bol gemalen vlees per persoon en ook wat roggebrood. 

Zo kwam het dat wij in kasteel Lummerzheim woonden met drie volwassen vrouwen : mijn moeder Hermenie, tante Prudence en  tante Stephanie. 
De kinderen waren tussen 21 jaar en 3 jaar. 9 jongens en 9 meisjes. 
Ik moest helpen in het huishouden en kantwerkjes maken. Dat deed ik samen met mijn oudere zussen Germaine en Zoë en mijn nichten Celina en Marie. De werkjes verkochten we voor veel geld aan de Duitse soldaten die dit opstuurden naar hun familie. 
De jongste kinderen liepen school in het dorp.

De oudere jongens gingen niet naar school. Ze zorgden dat we extra eten hadden. Mijn neven Julien 15 jaar en Maurice 9 jaar waren daar heel bedreven in.


Jeroom, Reniel en Julien Casier

Twee maal in de week gingen ze achter aardappelen in Oost-Eeklo. Zes uren stappen. Ze vertrokken 's morgens vroeg en kwamen laat terug thuis. Onderweg aten ze bij de boeren. Ze konden elk 10 kg meebrengen. Ze moesten ook een vaart door om niet op de baan te lopen. Het gebeurde dat ze de aardappelen werden afgepakt en dan kwamen ze thuis zonder aardappelen. 

Langs het kasteel reed de trein. Hij reed er traag omdat de depot vlakbij was. Het waren open wagens en daar lagen soms dode paarden op.  Mijn neef Julien sprong dan op de wagon en sneed mooie stukken vlees uit de bil van het paard en smeet het vlees op de grond. Dan konden we allemaal paardenvlees eten. 
Op het kasteel werkte een hovenier en die kweekte groenten voor Dhr. Lummerzheim in de stad. Soms kregen we wat groenten en samen met het paardenvlees was dat een feestmaaltijd..  en was de oorlog even ver weg. 

Maar nog erger dan de honger was het feit dat we niets wisten van onze vader... Zou ik hem ooit nog terug zien?


Opeisingen !


In 1916 werden de mannen gedwongen om voor de Duitsers te werken. Zo kwam het dat mijn vader Theophiel moest werken voor hen en niet mee gevlucht is. 
Nonkel Henry is in Torhout moeten blijven om er te werken voor de Duitsers. En mijn neef Remi Dewilde werkte ook voor de Duitsers. 
Keuze had je niet : Als je niet wilde werken voor de Duitsers, werd je gevangen genomen of naar het front gebracht.

Of je moest een portie geluk hebben zoals mijn oudste broer Reniel. Hij stond klaar met pak en zak omdat hij wist dat ze hem gingen komen ophalen gezien hij zich niet spontaan had aangemeld. Mijn moeder Hermenie deed de deur open voor de Duitsers. De ene vroeg naar "Renielde" waarop de andere zie "Renielde, das ist ein Mädchen". In de korte tijd had mijn moeder door dat ze dit ging kunnen oplossen en ze hield Reniel die achter de deur stond tegen met haar hand en de Duitsers gingen weg zonder mijn broer en hij is nooit moeten gaan werken voor de bezetter. 
In het trouwboekje van mijn ouders staat mijn broer genoteerd als Renille. Misschien is de dienst die de lijsten maakte zo op het verkeerde been gezet!





Jozef Volckaert, een arbeider van de Puntfabriek, vertelt over de opeisingen in Gent het volgende  " In alle huizen waar werkmensen woonden kwam men 's nachts de mensen uit hun bed halen en men stompte en sloeg hen. Zelfs jongens van minder dan 16 jaar moesten mee. Er was geween en gesnik van vrouwen en kinderen, maar ze moesten zwijgen of ze kregen ook slagen. Al die mannen werden opgesloten in de Grasfabriek die daar op voorhand voor ingericht was en waaruit ze niet konden ontsnappen. (..) Toen ze daar drie dagen en nachten opgesloten waren met niets anders te eten dan een stuk droog brood met water werden ze in een trein met beestenwagens gestopt en naar een ongekende bestemming vervoerd.
Wij kregen ook het bericht dat wij moesten beginnen werken voor de Duitsers en wij weigerden ook, maar twee dagen nadien kwam men ons aanhouden met een ganse schaar Duitse soldaten met geladen geweer. Toen wij allen bijeen waren moesten wij in rang gaan staan en men leidde ons voor naar het Feestlokaal van de Vooruit in de Bagattenstraat in Gent en daar werden wij allemaal samen opgesloten. (...)
Zo hebben we  twee jaar voor de vijand moeten werken."(1)


+++

Goed nieuws !

Eind 1917 veranderde ons leven : Nonkel Henry en neef Remi  waren weggelopen van hun werk. Na lang zoeken en vragen, hadden ze de familie gevonden op het kasteel. Ze waren 8 dagen te voet om stap geweest. Ze moesten zich verborgen houden. Ze gingen eten bij de boeren. 
Remi ging bij zijn ouders wonen die aan het station van Wondelgem een huis gevonden hadden. 


Remie Dewilde staat achteraan tussen zijn zussen met de sigaar in zijn hand (1918)


Nonkel Henry moest zich verder verborgen houden anders werd hij opgepakt door de Duitsers en moest hij terug aan het werk voor hen. 
Nonkel Henry kon aan het werk in de fabriek van de familie Lummerzheim, de terre - of teerfabriek.(3)



Hij moest 's morgens vroeg vertrekken en 's avonds laat terug komen. De fabriek was bij het kasteel maar hij mocht absoluut niet gezien worden door de vijand.
Hij kreeg per week een roggebrood en een kleine dagvergoeding. 






Henry Casier met zijn gezin. Julien staat rechts achteraan met een sigaret in zijn hand.(1918)



Mijn neef Julien was 15 geworden en moest werken voor de Duitsers. Hij kon aan de slag in een zagerij. Hij verdiende per dag 5 mark. 

Begin 1918 kwam mijn vader ook aan op het kasteel. 


Theophiel Casier met gezin (1918)


Kort hierna lieten we familiefoto's nemen  bij fotograaf A. Harry Nevejans, Vierwegensche 18 te Wondelgem. 

Tante Stephanie verstuurde haar foto naar een van haar zusters.

Stephanie Casier met haar kinderen. Rechts haar overleden man en zoon. (1918)

Ze vertelde over de periode dat we verbleven in Gentbrugge waar we kou en honger leden. Ze zegt veel verdriet te hebben omdat haar zoon zo ziek werd en naar het klooster werd gebracht waar hij is overleden net zoals onze oma. Ze schrijft dat God anders besliste dan zij had gewild. 


keerzijde van de familie foto van Stephanie

(1) Mondeling verhaal ons aangebracht door E. Crombez
(2) Jozef Volckaert : En dat alles voor een paar tirannen. Herinneringen van een socialistische arbeider. uitg. Kritak.
(3) In de fabriek van Lummerzheim werd teer, asfalt en zwartsel vervaardigd.

zaterdag 9 september 2017

10 september 2017 "open monumentendag"

We bezoeken het kasteel Lummerzheim.. helaas enkel virtueel want het kasteel is zoals de catalogus van de architect vermeld VERDWENEN.

Het kasteel was gelegen aan de Kapiteinstraat te Wondelgem, net over de spoorweg Gent - Eeklo op het terrein van de terrefabriek van de gebroeders Lummerzheim.


Kasteel Lummerzheim is nr 6


Het kasteel werd gebouwd in 1906 -1907 door Geo Henderick (1879 - 1957), een Gents architect. Het kasteel dateert van zijn Art-nouveau periode die liep van 1903 tot 1918.
Het werd gebouwd in opdracht van Artur Lummerzheim en later bewoond door zijn dochter Olga.

In het boek "Geo Henderick 1879 - 1957" lezen we over dit kasteel het volgende :

Kasteel Lummersheim : parement in lichtgrijze baksteen met gebundelde lagen groen en bruingeglazuurde bakstenen en een plint oker-bruine grèsblokken, verlevendigd met kleurige mozaïkpanelen en afgewerkt met solarium. 
Het kasteel werd ook genoemd "Le Chäteau Jaune". 


Poskaart (familiebezit)

We zien ook de boogvormige ramendorpels of -lintelen, de diverse houten drieledige verdeelingsmotieven van de ramen, het strokenmotief in het gevelvlak, hier tussen de ramen van het gelijksvloers. Het is een laatste maal dat Geo Henderick deze geveldecoratie zou toepassen. 

In de Sluizkenstraat in Gent vinden we zijn eerste werk terug (bewaard). Het feeërieke gebouw is zijn tweede art nouveau creatie doch de eerste die werd gerealiseerd. Het is een staalkaart voor zijn latere ontwerpen. Je kan er zo binnenlopen want het is vandaag de hippe koffiebar "Simon says".



Sluizeken (foto : redstarlinezoeker)

In de Terneuzenlaan 46-48 te Gent  is er een andere woning van Geo Henderick van dezelfde periode bewaard gebleven. Dit huis is erg gelijkend aan het kasteel Lummerzheim.






















Zo kunnen we ons toch een beeld vormen van "Le Chateau Jaune" waar onze familie meer dan een jaar zal verblijven tijdens de Grote Oorlog. 

Maar kunnen we ook iets te weten komen over het interieur. Ik vind in een thesis over de kastelen in Wondelgem alleen de verwijzing dat de meubelen in Art Nouveaustijl waren.
In het dagboek vinden we hierover volgende informatie.
* Schone zachte bedden zoals we nog nooit gezien hadden en overal meubels.
* Er waren 17 kamers en vier kelders met vele hoeveelheden wijn en andere dranken.

Wil je meer weten over de architect Geo Henderick of zien welke andere gebouwen hij heeft ontworpen, dan verwijs ik je graag naar de blog van Catherine Boone.

Of als je eens in Gent bent, stap dan naar het Sluizeken, of bekijk de voorgevel van ciné Rex, ...
De lijst van gebouwen die Geo Henderick ontwierp, kun je opzoeken bij inventaris onroerend erfgoed. 

De gebroeders Lummerzheim lieten door dezelfde architect een aantal arbeidswoningen ontwerpen. Deze staan in de Driemastenstraat in Wondelgem. Even naar google maps gaan en het adres intypen en je loopt zo de straat door en de geschiedenis van meer dan honderd jaar geleden in....























met dank aan Josephine Schreibers voor het toesturen van haar thesis en Catherine Boone voor de boekentips.